Verklaring van de EU-alliantie voor investeren in kinderen over het voorstel van de Europese Commissie voor een aanbeveling van de Raad tot instelling van de kindergarantie
Onderstaande verklaring is uitgebracht op 24 maart 2021 naar aanleiding van het voorstel van de EC voor een aanbeveling van de Raad tot vaststelling van de kindergarantie. Download hier de verklaring in PDF.
Op 24 maart 2021 lanceerde de Europese Commissie haar voorstel voor een aanbeveling van de Raad tot vaststelling van de kindergarantie.
Zoals aangegeven in het voorstel en het persbericht van de Europese Commissie, groeiden 18 miljoen kinderen of 22,2% van de kinderen in de EU op met een risico op armoede en sociale uitsluiting, vóór COVID-19. Door de sociaal-economische gevolgen van de pandemie zal dit cijfer nog verder oplopen.
Dit betekent dat bijna 1 op de 4 kinderen in de EU opgroeit zonder dagelijks een warme, voedzame maaltijd te eten, of in ongeschikte woonomstandigheden leeft. 1 op de 4 kinderen kan niet volledig naar school vanwege verborgen en extra kosten zoals schoolreisjes of schoolmaaltijden, ze kunnen niet deelnemen aan sport of andere activiteiten zoals hun leeftijdsgenoten en krijgen niet de gezondheidszorg die ze nodig hebben. 1 op de 4 kinderen in de EU groeit op in kwetsbare gezinnen die steun nodig hebben om de armoedecirkel te doorbreken en voor hun kinderen te zorgen.
De EU-alliantie voor investeren in kinderen verwelkomt het ambitieuze voorstel van de Europese Commissie over de aanbeveling van de Raad tot instelling van de kindergarantie. De Alliantie verwelkomt in het bijzonder het voorstel voor nationale actieplannen, het stimulerende beleidskader dat de EU-lidstaten in staat zal stellen een alomvattende aanpak te volgen bij het aanpakken van kinder- en gezinsarmoede bij de uitvoering van de kindergarantie, evenals de sterke verwijzing naar het gebruik van EU-fondsen ( ESF+, EFRO, REACT-EU, RRF, InvestEU en de technische bijstand) en nationale begrotingen bij de uitvoering van de maatregelen die zijn uiteengezet in de actieplannen voor de kindergarantie.
Het is nu aan de EU-lidstaten om te bewijzen dat de jongste bevolking van de EU de steun krijgt die ze nodig hebben om te gedijen en hun volledige potentieel te bereiken.
De Alliantie roept de Raad van de EU op om:
- De aanbeveling van de Raad voor de Kindergarantie met prioriteit aannemen.
Kinderarmoede is onaanvaardbaar omdat het een aandoening is die de rechten van kinderen ernstig schendt. Het is zelfs nog onaanvaardbaarder in een van de rijkste regio's ter wereld. Daarom roept de EU-alliantie de EU-lidstaten op om met spoed prioriteit te geven aan het terugdringen van kinderarmoede en om de aanbeveling van de Raad voor de Kindergarantie aan te nemen onder het Portugese voorzitterschap van de Raad van de EU.
- Zorg ervoor dat de Kindergarantie binnen zes maanden na de goedkeuring van de Aanbeveling van de Raad voor de Kindergarantie in werking treedt.
De Alliantie verwelkomt het voorstel van de Europese Commissie dat elke EU-lidstaat binnen zes maanden na de goedkeuring van de aanbeveling van de Raad voor de Kindergarantie een actieplan voor de kindergarantie indient voor de periode tot 2030. Dankzij de actieplannen voor de kindergarantie kan de aanbeveling van de Raad uitvoerbaar worden en worden de uitdagingen en de maatregelen die de EU-lidstaten zullen nemen om kinderarmoede op nationaal, regionaal en lokaal niveau aan te pakken, in beeld gebracht.
De Alliantie verwelkomt ook het voorstel voor Nationale Coördinatoren voor de Kindergarantie, uitgerust met voldoende middelen en mandaten, die de uitvoering van de Aanbeveling effectief zullen coördineren en monitoren.
De Alliantie roept de EU-lidstaten op om het voorstel van de Commissie over te nemen en ervoor te zorgen dat de kindergarantie binnen zes maanden na de goedkeuring van de kindergarantie wordt uitgevoerd, door de actieplannen voor de kindergarantie in te dienen en de nationale coördinatoren voor de kindergarantie in te stellen. Actieplannen voor de kindergarantie moeten regelmatig worden herzien in overleg met de relevante belanghebbenden.
De Alliantie roept de Raad ook op om de volgende onderdelen van het voorstel van de Europese Commissie te versterken en ervoor te zorgen dat:
- Zowel belanghebbenden als kinderen en ouders nemen op een zinvolle manier deel aan het ontwerp, de uitvoering, de monitoring en de evaluatie van de actieplannen.
De Alliantie verwelkomt het voorstel van de Europese Commissie dat de EU-lidstaten belanghebbenden, waaronder maatschappelijke organisaties en kinderen, moeten raadplegen bij het ontwerpen, uitvoeren, monitoren en evalueren van de actieplannen voor de kindergarantie.
De Alliantie roept de EU-lidstaten op om dit voorstel verder te versterken om ervoor te zorgen dat kinderen op een zinvolle manier deelnemen aan de ontwikkeling van de actieplannen, onder meer door middel van specifieke outreach-maatregelen die gericht zijn op de meest kwetsbaren van hen. In het bijzonder roepen we de Raad op om een nieuw deel op te nemen waarin de EU-lidstaten worden opgeroepen om:
“Mechanismen invoeren die de betekenisvolle en op rechten gebaseerde deelname van kinderen aan besluitvorming die van invloed is op hun leven en in het bijzonder met betrekking tot de vervulling van de kindergarantie, bevorderen. Structuren ontwikkelen om de betekenisvolle participatie van kinderen in nood te bevorderen bij het ontwerp, de uitvoering, het toezicht en de evaluatie van de actieplannen voor de kindergarantie en de relevante kaders die zijn ontwikkeld als onderdeel van deze plannen, evenals in de jaarlijkse rapportage van de EU-lidstaten aan de Europese Commissie ”.
Daarnaast roept de Alliantie voor Investeren in Kinderen de Raad op om ook ouders te betrekken bij de belanghebbenden die moeten worden geraadpleegd over de actieplannen voor de kindergarantie.
- Toegang tot gezonde voeding mag niet alleen worden gekoppeld aan schoolomgevingen.
De Alliantie verwelkomt de nadruk die in het voorstel van de Europese Commissie wordt gelegd om ervoor te zorgen dat kinderen in nood adequate, duurzame toegang hebben tot gezonde voeding, met name gezien het feit dat, als gevolg van de COVID-19-pandemie en de sluiting van scholen, veel kinderen plotseling verstoken van een betrouwbare voedingsbron.
Aangezien kinderen van 0 tot 18 jaar echter slechts 20% van hun leven in een formele omgeving doorbrengen, de Alliantie roept de Raad op om het voorstel van de Europese Commissie te versterken en een nieuwe paragraaf toe te voegen waarin de noodzaak wordt benadrukt om de toegang tot gezonde maaltijden ook buiten het schoolsysteem te ondersteunen.
“EU-lidstaten moeten een alomvattend kader opzetten met betrekking tot de toegang van kinderen tot gezonde voeding en waar nodig zorgen voor directe verstrekking van gratis maaltijden aan kinderen en hun gezinnen, zoals gaarkeukens, sociale cafetaria en huis-aan-huisleveringen. Ouders moeten ook in staat worden gesteld om gezonde en voedzame maaltijden voor hun kinderen te verstrekken, onder meer door middel van in natura of financiële steun”.
- Kinderen hebben gelijke kansen om deel te nemen aan buitenschoolse activiteiten - niet alleen aan schoolactiviteiten.
Sport, vrije tijd en culturele activiteiten spelen een cruciale rol in de persoonlijke en sociale ontwikkeling van kinderen. Toch hebben behoeftige kinderen vaak te maken met financiële belemmeringen om aan deze activiteiten deel te nemen, of met niet-financiële belemmeringen zoals het ontbreken van goede infrastructuur, taalbarrières, discriminatie of gebrek aan gekwalificeerd personeel. De Alliantie verwelkomt het voorstel van de Europese Commissie om gelijke en inclusieve toegang tot schoolactiviteiten te garanderen. Anderzijds is het belangrijk te bedenken dat scholen in tal van lidstaten niet over de capaciteit of de infrastructuur beschikken om dergelijke activiteiten te organiseren, en dat het belangrijk zou zijn ervoor te zorgen dat kinderen ook toegang hebben tot dergelijke activiteiten op dagen dat de scholen gesloten zijn, en dat er kinderen zijn die verschillende soorten onderwijs krijgen buiten het nationale schoolsysteem en dat dit bijgevolg zou worden uitgesloten.
Daarom roept de Alliantie de Raad op om het voorstel van de Europese Commissie te versterken en in de aanbeveling de effectieve toegang van kinderen tot sport-, vrijetijds- en culturele activiteiten op te nemen die buiten het schoolsysteem en de schoolcurricula worden georganiseerd.
- De EU-lidstaten stellen ambitieuze doelen in hun strijd tegen kinderarmoede.
Het actieplan voor de Europese pijler van sociale rechten stelt als doel om tegen 5 ten minste 2030 miljoen kinderen uit de armoede te halen. Hoewel het doel in de goede richting gaat, had het ambitieuzer kunnen zijn.
De Alliantie verwelkomt het voorstel van de Europese Commissie dat elke EU-lidstaat kwalitatieve en kwantitatieve doelstellingen moet presenteren in hun actieplannen voor de kindergarantie. Het roept de EU-lidstaten op: om ambitieuze doelen vast te stellen die de Europese Commissie overtreffen door rekening te houden met de impact van COVID-19 en hun inzet om de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling uit te voeren, die staten oproepen om tegen 2030 de armoede in al zijn vormen te halveren.
Er moeten ook subdoelstellingen worden ontwikkeld die regionale en lokale ongelijkheden bestrijken voor elk gebied van de aanbeveling van de Raad voor de Kindergarantie, dat wil zeggen de daadwerkelijke gratis en toegang van kinderen tot onderwijs en opvang voor jonge kinderen, alle vormen van inclusief onderwijs, gezondheidszorg, inclusief gezondheidszorg voor moeders, effectieve toegang tot voldoende en gezonde voeding en effectieve toegang tot adequate huisvesting.
- De kindergarantie wordt goed gecontroleerd en wordt jaarlijks ingevoerd in het Europees Semester.
Een efficiënt systeem van toezicht en evaluatie zal essentieel zijn om ervoor te zorgen dat de kindergarantie een uitvoerbaar instrument is dat de aanzet geeft tot concrete hervormingen binnen de nationale en lokale systemen.
De alliantie verwelkomt het voorstel van de Europese Commissie om toezicht te houden op de uitvoering van de aanbeveling in de context van het Europees semester en het herziene sociale scorebord, onder meer door de ontwikkeling van relevante toezichtindicatoren.
Het Bondgenootschap staat klaar om de Europese Commissie en het Comité voor sociale bescherming bij deze belangrijke taak te ondersteunen en roept deze twee EU instanties om ervoor te zorgen dat indicatoren worden uitgesplitst en rekening wordt gehouden met kinderen in nood, inclusief dakloze kinderen of kinderen die te maken hebben met ernstige woningnood; kinderen met een handicap; kinderen met een migrantenachtergrond; kinderen met een minderheids-, raciale of etnische achtergrond (met name Roma); kinderen in alternatieve (vooral institutionele) zorg; kinderen van eenoudergezinnen; evenals kinderen in precaire situaties zoals gedefinieerd in het voorstel van de Europese Commissie inzake de aanbeveling van de Raad voor de Kindergarantie.
Bovendien zijn alle relevante indicatoren moeten worden uitgesplitst om beter af te stemmen op de gebieden die in het voorstel van de Europese Commissie zijn aangegeven, dwz gratis en effectieve toegang van kinderen tot alle vormen van onderwijs, onderwijs en opvang voor jonge kinderen, gezondheidszorg, effectieve toegang tot adequate voeding en behoorlijke huisvesting, evenals toegang van kinderen tot vrije tijd, sport en culturele activiteiten binnen of buiten de schoolomgeving en school leerplannen. Ten slotte moeten alle relevante indicatoren, waar mogelijk, op lokaal niveau worden uitgesplitst om een duidelijker beeld te krijgen van de territoriale verschillen en om de uitvoering van de aanbeveling beter te plannen en te monitoren.
Het Bondgenootschap roept de Raad op om het voorstel van de Europese Commissie aan te nemen en te zorgen voor monitoring van de aanbeveling via het gevestigde beleidscoördinatiekader van het Europees semester. Om dit voorstel verder te versterken, roept de Alliantie de EU-lidstaten op om jaarlijks verslag uit te brengen aan de Europese Commissie over de voortgang die is geboekt bij de uitvoering van de aanbeveling en deze rapportage op te nemen in de jaarlijkse landspecifieke aanbevelingen.
- Ondersteun een kinderrechtenbenadering bij het aanpakken van armoede en de strijd tegen alle vormen van discriminatie, segregatie en pesten van kinderen en hun families wanneer ze proberen toegang te krijgen tot belangrijke rechten, middelen en diensten.
De Europese pijler van sociale rechten bevestigt opnieuw de inzet om gelijke kansen te mainstreamen op alle relevante beleidsterreinen en om een Unie van gelijkheid op te bouwen waarin kinderen hun volledige potentieel moeten kunnen benutten.
De EU-alliantie verwelkomt ook de op rechten gebaseerde benadering van de Europese Commissie in het voorstel voor de kindergarantie.
Voor alle categorieën van behoeftige kinderen die in het voorstel voor een aanbeveling voor een kindergarantie worden genoemd, is discriminatie echter een belangrijk afschrikmiddel voor het welzijn, zowel op zichzelf, wat leidt tot emotionele stress en isolement, als een belemmering van de daadwerkelijke toegang tot inkomen en diensten.
Segregatie in huisvesting, onderwijs, gezondheidszorg en andere aspecten van het leven kweekt ook een gesegmenteerde kijk op de samenleving, die ongelijkheden en armoede aanwakkert. Stigmatisering op basis van etnische of raciale afkomst, handicap, sociaaleconomische achtergrond en andere criteria draagt er aanzienlijk toe bij dat degenen die deze het meest nodig hebben geen gebruik maken van uitkeringen en diensten.
We roepen de EU-lidstaten op om een stoutmoedig standpunt in te nemen tegen alle vormen van discriminatie op alle gronden, inclusief intersectionele discriminatie, en met betrekking tot alle groepen kinderen. Preventieve, gerichte en proactieve maatregelen zijn nodig om de publieke perceptie en veelvoorkomende verkeerde voorstellingen te veranderen, door middel van uitgebreide anti-biasmaatregelen en specifieke opleiding voor diensten en lokale autoriteiten, en door te zorgen voor diversiteit in het personeel.
- Zorg ervoor dat geen enkel kind in instellingen wordt geplaatst en versterk de overgang van institutionele naar gemeenschapszorg.
De Alliantie wil benadrukken dat alle taal en activiteiten zoals beschreven in de Europese Kindergarantie in overeenstemming moeten zijn met het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van kinderen (UNCRC), het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap (UNCRPD), en alle beleid en wetgeving van de EU.
In dit opzicht mogen de EU-lidstaten de plaatsing van kinderen in institutionele zorg niet toestaan, zelfs niet als laatste redmiddel (formulering voorgesteld door de Europese Commissie in overweging 24). Uitgebreid bewijs toont aan dat instellingen de ontwikkeling van kinderen op lange termijn kunnen schaden en hen kunnen blootstellen aan allerlei soorten mensenrechtenschendingen.
Om het voorstel kracht bij te zetten en ervoor te zorgen dat het in overeenstemming is met de EU-strategie voor de rechten van het kind, roept het Bondgenootschap de Raad daarom op om overweging 24 als volgt te wijzigen:
“Het streven naar adequate bescherming en zorg voor alle kinderen zonder of het risico lopen de ouderlijke zorg te verliezen, moeten gezinsondersteuning, hoogwaardige gemeenschaps- en gezinszorg worden bevorderd en de overgang van instellingen naar hoogwaardige alternatieve zorg moet actief worden nagestreefd. Adequate diensten moeten ook worden geboden om kinderen die de zorg verlaten voor te bereiden om hun zelfstandig leven en sociale integratie te ondersteunen, ook voor niet-begeleide migrantenkinderen”.
De aanbeveling en de nationale actieplannen moeten dus de ontwikkeling en financiering van hoogwaardige gezins- en gemeenschapsgebaseerde zorg- en ondersteuningsdiensten bevorderen met een gezinsgericht, gemeenschapsgericht ondersteuningsmodel.
Endnote
De EU Alliance for Investing in Children pleit sinds 2014 voor een multidimensionale, op rechten gebaseerde benadering om kinderarmoede aan te pakken en het welzijn van kinderen te bevorderen. Deze verklaring werd onderschreven door de volgende partnerorganisaties van de EU Alliance for Investing in Children:
- Alliance for Childhood Europese netwerkgroep
- ATD Vierde Wereld
- Caritas Europa
- COFACE Families Europa
- Don Bosco Internationaal
- Dynamo International – Straathoekwerkersnetwerk
- ERGO-netwerk
- Eurochild
- Eurodiaconia
- EuroHealthNet
- Europese vereniging van dienstverleners voor personen met een handicap – EASPD
- Europees netwerk voor armoedebestrijding – EAPN
- Europese Federatie van nationale organisaties die werken met daklozen – FEANTSA
- Europese Oudervereniging
- Europese Alliantie voor de volksgezondheid – EPHA
- Europees sociaal netwerk – ESN
- Inclusion Europe
- Platform voor levenslang leren
- Lumos
- Mental Health Europe
- Maak moeders belangrijk
- Platform voor Internationale Samenwerking inzake migranten zonder papieren (PICUM)
- Roma Onderwijsfonds
- Save the Children
- SOS Kinderdorpen Internationaal.
Contacten:
- Katerina Nanou, nanou@savethechildren.org Senior Advocatuur Adviseur, Kinderarmoede en kinderen in alternatieve zorg, Save the Children
- Enrico Tormen, tormen@eurochild.org, EU-aangelegenhedenfunctionaris, Eurochild
Commissie stelt maatregelen voor om kinderrechten te handhaven en kinderen in nood te ondersteunen – Werkgelegenheid, sociale zaken en inclusie – Europese Commissie (europa.eu)
"kinderen in precaire gezinssituaties": kinderen die zijn blootgesteld aan verschillende risicofactoren die leiden tot sociale uitsluiting, zoals: leven in een eenoudergezin; samenwonen met een ouder met een handicap; wonen in een huishouden waar sprake is van psychische problemen of langdurige ziekte; leven in een huishouden waar sprake is van middelenmisbruik of huiselijk geweld; kinderen van een burger van de Unie die naar een andere lidstaat is verhuisd en zelf in de lidstaat van herkomst is gebleven; kinderen die een tienermoeder hebben of een tienermoeder zijn; kinderen met een opgesloten ouder;