Gezamenlijke brief aan de EPSCO-Raad: Laten we toewerken naar een snelle omzetting van de EU-richtlijn voor het evenwicht tussen werk en privéleven!
Als eerste wetgevingsvoorstel dat volgt op de afkondiging van de Europese pijler van sociale rechten in november 2017, is de richtlijn werk-privébalans een belangrijke opstap naar de consolidering van bestaande rechten en de vestiging van nieuwe voor miljoenen burgers, en als zodanig is het moet nu een vervolg krijgen met handhaving en monitoring.
Wij, een coalitie van Europese netwerken van NGO's, dringen er bij de nationale regeringen op aan om na de bijeenkomst van de EPSCO-Raad van 13 juni op weg naar een snelle omzetting.
De omzettingsfase van deze richtlijn zal van het allergrootste belang zijn, aangezien het een kans is om nationaal beleid voor het evenwicht tussen werk en privéleven bespreken en herzien om ervoor te zorgen dat het voldoet aan de behoeften van gezinnen in de 21e eeuw, gebaseerd op waarden van gendergelijkheid, sociale inclusie en non-discriminatie, en het stimuleren van investeringen en de ontwikkeling van diensten.
We willen onze belangrijkste prioriteiten voor de toekomst onder de aandacht brengen, een krachtige boodschap overbrengen en de burgers laten zien dat de EU met en voor hen werkt:
- Zorgen voor een adequate betaling van gezinsverlof: Adequate betaling van verlof, ongeacht het type verlof (vaderschap, ouderschap, verzorgers), is een essentieel element om te zorgen voor niet-discriminatie van werknemers op basis van de economische omstandigheden van het gezin, om de genderopname van de verlof en zorgtaken opnieuw in evenwicht te brengen , en om armoede in gezinnen aan te pakken en te voorkomen. De richtlijn bevat duidelijke verwijzingen naar de noodzaak om te voorzien in een adequate inkomensvervanging voor gezinsverlof, en dit zou regeringen moeten leiden bij hun definitie van "voldoende".
- Investeringen in diensten aan gezinnen stimuleren als aanvullende maatregel: Gezinnen hebben voldoende betaald verlof nodig, maar ze zijn ook elke dag afhankelijk van zorgdiensten. De omzetting van de richtlijn moet een kans zijn om voor- en vroegschoolse educatie en opvang (toegankelijk, betaalbaar en van hoge kwaliteit, onder de 3 jaar) en langdurige zorg (kwaliteit, persoonsgericht, voor personen die behoefte hebben aan ondersteuning en /of zorg en een stroom van ondersteuning voor mantelzorgers die de arbeidsmarkt moeten verlaten). Deze diensten, vooral in plattelandsgebieden en gemarginaliseerde gemeenschappen, zijn van cruciaal belang voor mensen om de verschillende aspecten van hun leven, zoals gezin, werk, gezondheid, zorg, vrije tijd of onderwijs, met elkaar te verzoenen.
- Erken de diversiteit van gezinnen en hun behoeften: de richtlijn erkent gezinsdiversiteit, met het begrip "equivalente tweede ouder". We moedigen nationale wetgevers ten zeerste aan om deze diversiteit in de nationale wetgeving op te nemen via de omzetting van de richtlijn, door een mix van universele ondersteuning en gerichte ondersteuning te bieden aan verschillende gezinnen in kwetsbare of speciale situaties, waarvan er vele in de richtlijn worden genoemd: alleenstaande ouders, ouders met een handicap of ouders van kinderen met een handicap, psychische problematiek of langdurige ziekte, adoptieouders, meerlingen en vroeggeboorten, zorg- en hulpbehoevenden die geen gezinslid meer hebben. Gezinsdiversiteit betekent ook het erkennen van de verschillende familieleden die mantelzorgers zijn: niet alleen kinderen, ouders of echtgeno(o)t(e)/partner of personen die in hetzelfde huishouden wonen (zoals aangegeven in de richtlijn), maar ook aanvullende familieleden, zoals broers en zussen en grootouders.
- Bevorderen van het gebruik van EU-financieringsprogramma's ter ondersteuning van innovatie en opwaartse hervormingen: De Europese structuur- en investeringsfondsen en de follow-up van deze fondsen na 2020 zijn belangrijk ter ondersteuning van interventies, met name op het gebied van handicaps, gezondheid en langdurige zorg, en onderwijs en opvang voor jonge kinderen, die buitengewoon complementair zijn tot de verlofregelingen en flexibele werkregelingen die onder de richtlijn vallen.
- Erken de belangrijke rol van de civiele dialoog en de sociale dialoog: NGO's die maatschappelijke organisaties vertegenwoordigen die bij de richtlijn betrokken zijn, moeten tijdens het omzettingsproces worden geraadpleegd en de sociale partners moeten worden aangemoedigd om collectieve overeenkomsten te sluiten over het evenwicht tussen werk en privéleven om verandering in de cultuur op de werkplek te stimuleren.
- Breng het gezinsbeleid in overeenstemming met de nieuwe realiteit op de arbeidsmarkt: Om tegemoet te komen aan de behoeften van gezinnen, moeten de verlofvoorzieningen worden losgekoppeld van de arbeidsstatus of het type tewerkstelling. Alle werknemers, inclusief zelfstandigen, werknemers met atypische of tijdelijke contracten en werklozen, moeten recht hebben op dezelfde rechten als werknemers met standaardcontracten, om verdere discriminatie te voorkomen.
- Monitoring en rapportage: In de richtlijn is vastgelegd dat de Europese Commissie nauw toezicht zal houden op de implementatie van de richtlijn, die de lidstaten verplicht om gegevens te verzamelen over het opnemen van verlof en flexibele werkregelingen. Dit moet uitgesplitste gegevens bevatten om rekening te houden met de behoeften van specifieke en kwetsbare groepen. De oprichting van een Europese index voor het evenwicht tussen werk en privéleven en de opname ervan in het proces van het Europees semester zou een krachtig instrument zijn om de monitoring van de prestaties van de lidstaten in de loop van de tijd te verbeteren.
Neem voor meer informatie contact op met Pascual Martinez, beleids- en belangenbehartiger, COFACE Families Europe: pmartinez@coface-eu.org